Geplaatst in Endurance, Lange afstand, Paardrijden, Uncategorized

160km te paard, op 1 dag

Er zijn al een paar blogs over trailrunnen langsgekomen, maar nog geen over het endurancerijden. Daar werd het dus wel eens tijd voor. Laat ik dan ook maar meteen bij de maximale dagafstand beginnen, de 160km! Om specifiek te zijn, Endurance Ermelo, een internationale wedstrijd die op 14 mei jl plaatsvond.

Deze 160km wedstrijd was niet onze eerste en hopelijk ook nog niet onze laatste 160er, maar deze afstand rij je niet zomaar even. De vorige die Bliksem en ik reden was alweer in 2013 en dat was wel een hele mooie waar alles klopte. Na die tijd is er een hoop gebeurd waardoor het paardrijden zijn glans had verloren voor mij en ik met tegenzin ‘moest’ trainen. En dat ging niet meer. Dus ik reed soms weken niet, arme Bliksem. Maar ik wilde ‘ont’moeten. Pas weer rijden als ik zin had. En dat heeft soms tijd nodig.

De zin kwam langzaamaan terug en na vorig jaar een 3 daagse van 150km te hebben gereden en een 120km CEI ook in Ermelo wilde ik dit jaar maar weer eens proberen die 160km goed te volbrengen. Een keuze waarvan ik mezelf regelmatig zou afvragen welke vlaag van verstandsverbijstering ik op dat moment had 😀 Maar door het trailrunnen genoot ik ook zoveel meer van de trainingen met Bliksem dat ik het er wel op wilde wagen.

Het voortraject liep heel anders dan gepland, dat gebeurt wel eens.. Ik zou in de opbouw een paar kortere wedstrijden starten. De eerste viel af omdat Bliksem zichzelf had geblesseerd in de wei tijdens 1 van zijn sprint- en draaiacties. De 2e gingen we ook niet van start dus dan maar meteen voor de 160km. Niet met de meest optimale voorbereiding in mijn ogen, maar we hoefden dan ook niet te winnen.

In Ermelo had ik weer een fijn groomteam, 5 personen in totaal. Marije, Jorie, Carolien, Denise en Michelle. Deze ‘grooms’ zorgen ervoor dat we onderweg water aangeboden krijgen, zowel om paard te koelen als om hem te laten drinken. En voor mij vooral ook voor de mentale ondersteuning. En in de vetgate (keuringslocatie voor de paarden en rustpunt) helpen ze afzadelen, koelen en verzorgen. Het kan ook echt wel met minder mensen, maar 160km is een lange dag dus dan is het fijn als je een wat groter team hebt.

We gingen om 05:00 uur rustig van start, iets wat Bliksem altijd wil bediscussiëren. Hij loopt het liefst meteen met 20km/h, maar zo’n 15km/h vond ik prima om mee te beginnen. Zeker omdat het nog een lange dag ging worden en ik hem niet zo intensief getraind had als andere jaren. Een Duits-Griekse mededeelneemster was het daar wel mee eens en de eerste ronde reden we gezellig samen op. Vanaf de 1e vetgate reden we wel alleen. Dus 5 van de 6 rondes waren het alleen Blik en ik en onze grooms. Op zich heb ik daar niet veel moeite mee. Bliksem is dan normaal gesproken relaxter dan in een groepje en hij loopt toch wel door en zelf kan ik er ook prima mee leven. Tot de pijntjes komen dan, want dan heb je niet zoveel afleiding meer. En die kwamen..

Vorig jaar had ik last van draaiende chaps, mijn beenbeschermers zeg maar, en wist ik de laatste paar rondes niet meer hoe ik in het zadel moest zitten. Mijn kuiten en linkerknie werkten toen vanaf 90km ongeveer niet meer mee en daar heb ik nog weken last van gehad. Nu reed ik met mijn oude vertrouwde chaps, maar door de regen en het zweet gingen ze lubberen en daardoor ook draaien. Dus na een paar rondes werd het een aan-uit-verhaal. Aan in de vetgate (en schone droge sokken en schoenen) en onderweg als ze teveel draaiden weer uit. Maar die kuiten gingen dus wel alweer zeer doen en mijn schenen ook doordat de chaps er zo aan trokken tijdens het draaien. De rest dus maar zonder gereden, maar dan voel je wel steeds de rand van het zadel in je kuiten duwen.

Ook had ik voor het eerst na vertrek uit 1e, 2e en 3e vetgate dat ik erg misselijk werd. Iets verkeerds gegeten of gedronken? Spanning? Ik weet het niet, misschien dat broodje vruchtenhagel dat toch te zoet was. Normaal eet ik vooral bananen en een broodje kaas/hagelslag en mueslirepen. Thee moet geen probleem zijn en ook mijn vertrouwde flesjes Aquarius niet. Gelukkig ging dat weer beter nadat de dag vorderde.

Helaas werkte het weer ook echt niet mee. Fikse regen en ook hagelbuien kwamen gedurende de dag over. Vlak na vertrek de 5e ronde in moest ik de hei op en precies voordat ik die opdraaide barstte het in alle hevigheid los. Nu doorrijden was niet verantwoord dus we hebben een tijdje staan schuilen onder een boom. Helaas gaat dat wel van je rijtijd af, maar die hagel ging ik ons niet aandoen.

Bliksem? Die liep en at en rustte, die deed het eigenlijk weer zoals het hoort. Wat fijn als je merkt dat je paard steeds meer ervaring en routine krijgt. Af en toe discussie over tempo, maar verder niets te klagen!

De laatste ronde hebben we weer afwisselend gegaloppeerd en gestapt, draven vonden mijn kuiten het minst prettig en gelukkig vond Bliksem dat ook wel prima. Stappen doe ik normaal nooit tijdens een wedstrijd, maar je maakt zo je uitzonderingen. To finish is to win is het motto van deze uithoudingsdiscipline en daar hield ik me maar aan vast. Goed binnenkomen is nog altijd beter dan de finish helemaal niet halen. En zo kwamen we om 20:09:50 uur over de finish. De nakeuring is dan nog erg spannend, want zelfs hier kan je paard nog afgekeurd worden en dan heb je 160km voor niets gereden. Maar gelukkig alles prima en mochten we onze 4e 160km wedstrijd op onze naam erbij schrijven. Wat een super paard!

Oja enne, inmiddels 2 paar nieuwe chaps aangeschaft om goed te testen welke voor de volgende wedstrijden mee mogen.. 3 maal is scheepsrecht?

Foto’s met dank aan: Ruud Overes, Marije v Beek en Ankie Weeber

Geplaatst in Endurance, Paardrijden, Uncategorized

10 jaar samen

Gisteren werd Bliksem 14 jaar en dan ga je terugkijken… 18 mei 2006 kocht ik een jonge, nog groene Arabier. Niet letterlijk groen (al is hij dat later wel eens geweest, gestreepte versie zelfs), maar groen als in onbeleerd. Of ook wel: niet zadel- en ruitermak zoals we dat noemen. Het was Bliksem, of officieel Lightning Rose QA. Crabbet gefokt, dat is de Engelse tak van de Arabische paardenfokkerij.

Deze Bliksem, die in de 10 jaar die volgen zijn naam regelmatig eer aan doet, is bestemd voor de endurance. Lange afstandsritten te paard, tot wel 160km op 1 dag. Of we zover gaan komen weet ik dan nog niet, ben op dat moment zelf nog niet verder gekomen dan klasse II op paarden van anderen (afstanden tot 80km), maar je weet natuurlijk nooit wat de toekomst brengt.

Nou, Bliksem dus. Een harige puber 🙂 Gevonden bij Quest Arabians Later door mij met onderschrift: Lompe ADHDer met kort termijn geheugen. Ik ga een paar keer kijken voor ik de knoop doorhak en 18 mei 2006 komt hij mijn kant op. Rustig eerst wandelen aan de hand in het bos, inrijden en langzaam de eerste kilometers maken. Om na de winter te gaan starten met het eerste wedstrijdseizoen.

Een lijst met wat we allemaal aan wedstrijden gereden hebben zal ik nog wel eens plaatsen onder het kopje endurance, maar nu wordt het anders zo’n lang verhaal. Daar hebben jullie helemaal geen zin in, toch? Wel kan ik zeggen dat het niet altijd even soepel ging. Iets met een gebroken schoft (5 werveluitsteeksels om precies te zijn) en de vraag of het ooit nog wel goed zou komen, kamikaze-acties in de wei met natuurkundig onmogelijke acties en daardoor konden we regelmatig langs bij de kliniek voor Teun Sterk van DAP Bodegraven, kregen we de fysiotherapeut/osteopaat Els Bach op bezoek of Marijke ( Marijke Böinck, Holistisch therapeute )

Ondanks al die Bliksemacties, ja ja woordspelingen leent zijn naam zich uitstekend voor, gingen we gestaag door de klasses heen en inmiddels hebben we bijna 3000 wedstrijdkm gereden samen. Daarvan in de hoogste categorie (klasse IV) 4x 160km, 4x 120km, 1x 3x70km en verder heel veel kortere afstanden. En tussen 2007 en heden zijn we ooit 1x afgekeurd. Dat was Kootwijk april 2010. Sindsdien nooit meer, en dus ook nog nooit op de internationale wedstrijden, de CEI’s. En daar ben ik behoorlijk trots op, juist omdat er thuis genoeg werk aan hem is.

Daarnaast trainingsvakanties in de Eifel en Ardennen, rijden op het strand, meedoen aan de Arabissimo van het Arabisch Volbloedpaarden Stamboek, clinics, en vele, vele kilometers over de Veluwe. Zowel met anderen als alleen. En altijd lol die knol. En ik met hem. Wat een fanatiek en werklustig paard.
Oké, en een beetje gek, of ADHD, hoe je het noemen wil..

Gisteren werd hij dus 14 jaar, hij is nl geboren op 13-06-2002. In de bloei van zijn leven heet dat. Nou daar genieten we dan ook van. We zijn halverwege dit wedstrijdseizoen en we gaan kijken wat de toekomst ons nog brengt. Ik hoop vooral nog veel lol en genieten samen. Zolang hij het leuk vindt om te lopen doen we dat maar. Dat werd nog wel eens tegen me gebruikt in het verleden, maar het gaat steeds beter. En tijdens een 120 of 160km wedstrijd heb ik ook wel eens wat wat minder lol in het gebeuren dan hij. Tja, iemand moet de zwakke schakel zijn toch? Ik geniet er in ieder geval weer van als ik zie hoe graag hij loopt. Die lol is namelijk een tijdje weggeweest, maar gelukkig heb ik dat weer terug gevonden. Op naar de komende 10 jaar, of eigenlijk 14, of meer!

060615_141
Ermelo 2015, CEI2* 120km

 

Geplaatst in Hardlopen, Trail, Trailrunning, Uncategorized

Stuwwaltrail 10km

Gedurende de laatste dagen voor 28 mei was ik af en aan ineens vreselijk zenuwachtig. Het leek wel mijn 1e endurancewedstrijd. Al is die al echt een tijdje geleden en was ik recent vooral erg zenuwachtig voor onze 4e 160km endurancewedstrijd, die de 1e was sinds 2013.

Vragen als: Hoe is de route eigenlijk gemarkeerd? Moet ik de route wel of niet op mijn GPShorloge proberen te zetten? Want het was me tot nu toe nog niet gelukt. En wat zou ik aantrekken, capri of toch short (tja, vrouwendingetje 😀 )? Paar keer Ilian (Life and Leaves) geraadpleegd en ook de Facebookpagina van de Stuwwalloop leverde benodigde en geruststellende info op. Volgens Ilian was het nog beter uitgezet dan een endurancewedstrijd. Nou en daar verdwaal ik al nooit dus dan komt het wel goed! En ik zou tenslotte niet alleen lopen.

28 mei brak aan en toen waren de zenuwen eigenlijk wel weg. Gewoon gaan genieten en zien hoe het loopt. Pas 16:30 uur starten dus lekker uitslapen, rustig ontbijten en de laatste spullen in de tas mee. Reserve setje kleding, droge spullen voor als de voorspelde onweersbuien over zouden komen. Thuis was het vooral erg zonnig, maar in Arnhem Noord bleek het al aardig te stortregenen. Ik ging sowieso in gewone kleding die kant op zodat, mocht ik op weg naar Oosterbeek natregenen, mijn hardloopkleding wel nog droog zou zijn. Ook al had ik dan nóg een extra hardloopsetje mee en een paraplu. Just in case. Tja beter mee verlegen dan om verlegen heet dat toch? En natuurlijk een banaan en veel drinken.

Flesjes gevuld en weg, hup de bus in en naar de locatie. De dreigende wolken tegemoet. Het bleef bij dreigen want ik kwam in een stralend zonnetje aan. Wat een gezellig terrein! Standjes, muziek, blije mensen die heel relaxed her en der in groepjes stonden of languit op het grasveld lagen. Even bij de stand van MudSweatTrails langs voor een leuk t-shirt en een BUFF. Ja, ook dat is zoiets, nieuwe hobby = nieuwe spullen 😉

Omgekleed en op naar de start. De 20km trailers waren een half uur voor mij gestart in 3 groepen. Mijn start was 5 minuten vervroegd. Ook prima, ik had zowaar eens alle tijd van de wereld. Ik als chronisch telaatkomer was echt heel ruim op tijd. En daar gingen we! En oh wat had ik een zin! We vertrokken met een vlot tempo, voor mijn doen dan. Zo’n 9km/h. Maar goed het was nu nog vlak en snelheid verliezen zou ik toch wel. De route zou verder namelijk bijna nergens vlak zijn en het was warm en benauwd.

Het was onderweg eigenlijk puur genieten, oké op de momenten dat het niet omhoog ging. Zag wat minder van de omgeving dan ik had gehoopt, want je moet toch echt wel opletten waar je je voeten neer zet. Stenen, boomwortels, ongelijke stukken genoeg. Maar dat is natuurlijk juist de charme. We kwamen langs beekjes, struiken in volle bloei en héél veel hellingen. Het ging op en af en op en af. Ik had van te voren met mezelf afgesproken dat ik mijn hartslag niet boven de 170 slagen/min wilde laten komen, maar de alarmpiep maakte me na een paar minuten al gek dus uitgezet. Ik wist op dat moment al dat onder de 170 blijven niet ging lukken vandaag.

Het was warm! Vooral in de zon en uit de wind, gelukkig was er ook schaduw en af en toe wat wind. We renden een redelijk vlak stuk langs de Rijn. Wind en schaduw. En toen kwam de Stairway to Hell zoals die achteraf bleek te worden genoemd. Hier geen file zoals bij de snellere lopers die op elkaar moesten wachten, maar rustig in en treintje achter elkaar doorlopend. Ik kon na de passage door kniehoge bosjes meteen omhoog, maar dat was dus wel wandelend. Wat zwaar zo recht tegen de stuwwal op! Maar tevens ook net zo gaaf. Ik kon nog de opmerking naar mijn medelopers maken dat achteraan het veld lopen tekentechnisch wel fijn was. Die waren natuurlijk al meegenomen door onze voorgangers..

Merkte dat mijn benen het prima trokken, maar weer en nog steeds was mijn hartslag de beperkende factor voor mijn snelheid. Maar gewoon doorgaan, stug doorgaan. Daarna kwamen de trappetjes, inclusief fotograaf.

2016 05 28_StuwwaltrailB_0778
Foto’s door Eric Béatse, http://www.viagladiola.tk

Ik kon zelfs nog lachen, al is aan de ader op mijn voorhoofd te zien dat het pittig was. En dit was denk ik voor het eerst dat ik zo’n rood hoofd had met hardlopen..

2016 05 28_StuwwaltrailB_0786
Lachen door en voor de fotograaf

Het pad verdween vervolgens ineens tussen de Rododendronstruiken. Die behalve dat ze lekker roken, ook kletsnat waren en daardoor best lekker verkoelend. Ik bedacht me dat ze dit vast expres hadden gedaan zodat we niet naar zweet, maar fris naar bloemen riekend over de finish zouden komen 😀

Het einde kwam dan ook in zicht, althans dat dacht ik. 10km zou het zijn, maar met 10km zag ik nog geen finish. En toen eindelijk het terrein in zicht kwam bleek de finish niet direct bij aankomst te zijn zoals ik voor de start nog dacht. Maar nee, nog 150 meter over de baan moest ik. Het moment van ‘teleurstelling’ over dit gegeven was van korte duur. Hup nog een klein stukje! In die laatste bocht stonden ook nog eens mijn moeder en haar man, zo lief!

Zo in gedachten de laatste meters afleggend op weg naar de finish. Vanuit mijn ooghoek zie ik ineens iemand dichterbij komen. Nee! Ik wil niet ingehaald worden voor de finish! Eindsprint dan maar. En meteen moet ik glimlachen, wat een kick. Ik kom over de finish en daar is een spons koud water, een flesje water, een halve liter alcoholvrij Erdinger bier en de medaille. Ik drink geen bier, ja ‘limonade dat zich voordoet als bier’ zoals Liefmans. Maar dit, dit gaat er wel in!

13323321_1008813292501481_8336652457448937924_o

Of ik niet moe ben vraagt mijn moeder? Moe? Helemaal niet. Mijn benen voelen zelfs nog prima aan, alleen mijn kuiten voelen iets strak van al het klimmen en zelfs dat zakt alweer af. Maar ik barst van de energie en zou zo weer een paar km op pad kunnen. Wat is dit gaaf zeg! Ik ben er letterlijk vol van. En de route was volgens mijn Garmin zelfs 10,98km. Dus hij was zwaarder en verder dan ik tot nu toe ooit had gelopen. En zo’n 200 hoogtemeters.

En dan begint het alsnog te regenen. Ilian die de 20km loopt moet dan nog finishen, ze was 25 minuten voor mij van start gegaan. Ook zij komt netjes binnen, zo gaaf!

13325504_1325836967433697_2778496167868745597_n

Al voor de Stuwwaltrail had ik me voor nog 3 trailruns ingeschreven, oplopend in afstand. Of ik niet wat voorbarig was vroeg een enkeling. Nee daar was ik niet zo bang voor. En terecht, na de finish hier wilde ik me zelfs al meteen voor nog een trailrun inschrijven, nog voor de eerstvolgende die ik al gepland had. Maar nee, niet al half juni naar de Veluwezoomtrail, we gaan braaf geduld hebben tot 3 juli, de Bergrace Lunteren. 14km!

Conclusie na mijn 1e trailrun? Gaaf! We want more!